-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
22
|1 Crónicas 3:22|
De kinderen nu van Sechanja waren Semaja; en de kinderen van Semaja waren Hattus, en Jigeal, en Bariah, en Nearja, en Safat; zes.
-
23
|1 Crónicas 3:23|
En de kinderen van Nearja waren Eljoenai, en Hizkia, en Azrikam; drie.
-
24
|1 Crónicas 3:24|
En de kinderen van Eljoenai waren Hodajeva, en Eljasib, en Pelaja, en Akkub, en Johanan, en Delaja, en Anani; zeven.
-
1
|1 Crónicas 4:1|
De kinderen van Juda waren Perez, Hezron en Charmi, en Hur, en Sobal.
-
2
|1 Crónicas 4:2|
En Reaja, de zoon van Sobal, gewon Jahath, en Jahath gewon Ahumai en Lahad; dit zijn de huisgezinnen der Zorathieten;
-
3
|1 Crónicas 4:3|
En dezen zijn van den vader Etam: Jizreel, en Isma, en Idbas; en de naam hunner zuster was Hazelelponi.
-
4
|1 Crónicas 4:4|
En Pnuel was de vader van Gedor, en Ezer de vader van Husah. Dit zijn de kinderen van Hur, den eerstgeborene van Efratha, den vader van Bethlehem.
-
5
|1 Crónicas 4:5|
Asschur nu, de vader van Thekoa, had twee vrouwen, Hela en Naara.
-
6
|1 Crónicas 4:6|
En Naara baarde hem Ahuzzam, en Hefer, en Temeni, en Haahastari. Dit zijn de kinderen van Naara.
-
7
|1 Crónicas 4:7|
En de kinderen van Hela waren Zereth, Jezohar, en Ethnan.
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer Josué 1-4