- 
			
				
- 
									
   Dutch Staten Vertaling									 - 
									
									 
- 
									
									8
									 
									 
									|1 Reyes 2:8|
									En zie, bij u is Simei, de zoon van Gera, de zoon van Jemini, uit Bahurim, die mij vloekte met een geweldigen vloek, ten dage als ik ging naar Mahanaim; doch hij kwam af mij tegemoet aan de Jordaan, en ik zwoer hem bij den HEERE, zeggende: Zo ik hem met het zwaard dode!									
									    
								 
- 
									
									9
									 
									 
									|1 Reyes 2:9|
									Maar nu, houd hem niet onschuldig, dewijl gij een wijs man zijt; en gij zult weten, wat gij hem doen zult, opdat gij zijn grauwe haar met bloed in het graf doet dalen.									
									    
								 
- 
									
									10
									 
									 
									|1 Reyes 2:10|
									En David ontsliep met zijn vaderen, en werd begraven in de stad Davids.									
									    
								 
- 
									
									11
									 
									 
									|1 Reyes 2:11|
									De dagen nu, die David geregeerd heeft over Israel, zijn veertig jaren; zeven jaren heeft hij geregeerd in Hebron, en in Jeruzalem heeft hij drie en dertig jaren geregeerd.									
									    
								 
- 
									
									12
									 
									 
									|1 Reyes 2:12|
									En Salomo zat op den troon van zijn vader David; en zijn koninkrijk werd zeer bevestigd.									
									    
								 
- 
									
									13
									 
									 
									|1 Reyes 2:13|
									Toen kwam Adonia, de zoon van Haggith, tot Bathseba, de moeder van Salomo; en zij zeide: Is uw komst vrede? En hij zeide: Vrede.									
									    
								 
- 
									
									14
									 
									 
									|1 Reyes 2:14|
									Daarna zeide hij: Ik heb een woord aan u. En zij zeide: Spreek.									
									    
								 
- 
									
									15
									 
									 
									|1 Reyes 2:15|
									Hij zeide dan: Gij weet, dat het koninkrijk mijn was, en het ganse Israel zijn aangezicht op mij gezet had, dat ik koning zijn zou; hoewel het koninkrijk omgewend en mijns broeders geworden is; want het is van den HEERE hem geworden.									
									    
								 
- 
									
									16
									 
									 
									|1 Reyes 2:16|
									En nu begeer ik van u een enige begeerte; wijs mijn aangezicht niet af. En zij zeide tot hem: Spreek.									
									    
								 
- 
									
									17
									 
									 
									|1 Reyes 2:17|
									En hij zeide: Spreek toch tot den koning Salomo, want hij zal uw aangezicht niet afwijzen, dat hij mij Abisag, de Sunamietische, ter vrouwe geve.									
									    
								 
 - 
									
 - 
				
Sugerencias
 

Haga clic para leer Juan 16-18