- 
			
				
- 
									
   Dutch Staten Vertaling									 - 
									
									 
- 
									
									11
									 
									 
									|2 Reyes 6:11|
									Toen werd het hart des konings van Syrie onstuimig over dezen handel; en hij riep zijn knechten, en zeide tot hen: Zult gij mij dan niet te kennen geven, wie van de onzen zij voor den koning van Israel?									
									    
								 
- 
									
									12
									 
									 
									|2 Reyes 6:12|
									En een van zijn knechten zeide: Neen, mijn heer koning! Maar Elisa, de profeet, die in Israel is, geeft den koning van Israel te kennen de woorden, die gij in uw binnenste slaapkamer spreekt.									
									    
								 
- 
									
									13
									 
									 
									|2 Reyes 6:13|
									En hij zeide: Gaat heen, en ziet, waar hij is, dat ik zende en hem halen late. En hem werd te kennen gegeven, zeggende: Zie, hij is te Dothan.									
									    
								 
- 
									
									14
									 
									 
									|2 Reyes 6:14|
									Toen zond hij daarhenen paarden, en wagenen, en een zwaar heir; welke des nachts kwamen, en omsingelden de stad.									
									    
								 
- 
									
									15
									 
									 
									|2 Reyes 6:15|
									En de dienaar van den man Gods stond zeer vroeg op, en ging uit; en ziet, een heir omringde de stad met paarden en wagenen. Toen zeide zijn jongen tot hem: Ach, mijn heer, hoe zullen wij doen.									
									    
								 
- 
									
									16
									 
									 
									|2 Reyes 6:16|
									En hij zeide: Vrees niet; want die bij ons zijn, zijn meer, dan die bij hen zijn.									
									    
								 
- 
									
									17
									 
									 
									|2 Reyes 6:17|
									En Elisa bad, en zeide: HEERE, open toch zijn ogen, dat hij zie! En de HEERE opende de ogen van den jongen, dat hij zag; en ziet, de berg was vol vurige paarden en wagenen rondom Elisa.									
									    
								 
- 
									
									18
									 
									 
									|2 Reyes 6:18|
									Als zij nu tot hem afkwamen, bad Elisa tot den HEERE, en zeide: Sla toch dit volk met verblindheden. En Hij sloeg hen met verblindheden, naar het woord van Elisa.									
									    
								 
- 
									
									19
									 
									 
									|2 Reyes 6:19|
									Toen zeide Elisa tot hen: Dit is de weg niet, en dit is de stad niet; volgt mij na, en ik zal u leiden tot den man, dien gij zoekt; en hij leidde hen naar Samaria.									
									    
								 
- 
									
									20
									 
									 
									|2 Reyes 6:20|
									En het geschiedde, als zij te Samaria gekomen waren, dat Elisa zeide: HEERE, open de ogen van dezen, dat zij zien! En de HEERE opende hun ogen, dat zij zagen; en ziet, zij waren in het midden van Samaria.									
									    
								 
 - 
									
 - 
				
Sugerencias
 

Haga clic para leer Juan 16-18