-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
41
|Deuteronomio 1:41|
Toen antwoorddet gij, en zeidet tot mij: Wij hebben tegen den HEERE gezondigd; wij zullen optrekken, en strijden, naar alles, wat de HEERE, onze God, ons geboden heeft. Als gij nu een iegelijk zijn krijgsgereedschap aangorddet, en willens waart, om naar het gebergte henen op te trekken,
-
42
|Deuteronomio 1:42|
Zo zeide de HEERE tot mij: Zeg hun: Trekt niet op, en strijdt niet, want Ik ben niet in het midden van u; opdat gij niet voor het aangezicht uwer vijanden geslagen wordet.
-
43
|Deuteronomio 1:43|
Doch als ik tot u sprak, zo hoordet gij niet, maar waart den mond des HEEREN wederspannig, en handeldet trotselijk, en toogt op naar het gebergte.
-
44
|Deuteronomio 1:44|
Toen togen de Amorieten uit, die op dat gebergte woonden, u tegemoet, en vervolgden u, gelijk als de bijen doen; en zij verpletterden u in Seir tot Horma toe.
-
45
|Deuteronomio 1:45|
Als gij nu wederkwaamt en weendet voor het aangezicht des HEEREN, zo verhoorde de HEERE uw stem niet, en neigde Zijn oren niet tot u.
-
46
|Deuteronomio 1:46|
Alzo bleeft gij in Kades vele dagen, naar de dagen, dat gij er bleeft.
-
1
|Deuteronomio 2:1|
Daarna keerden wij ons, en reisden naar de woestijn, den weg van de Schelfzee, gelijk de HEERE tot mij gesproken had, en wij togen om het gebergte Seir, vele dagen.
-
2
|Deuteronomio 2:2|
Toen sprak de HEERE tot mij, zeggende:
-
3
|Deuteronomio 2:3|
Gijlieden hebt dit gebergte genoeg omgetogen; keert u naar het noorden;
-
4
|Deuteronomio 2:4|
En gebied het volk, zeggende: Gij zult doortrekken aan de landpale uwer broederen, de kinderen van Ezau, die in Seir wonen; zij zullen wel voor u vrezen; maar gij zult u zeer wachten.
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer Jueces 4-5