- 
			
				
Leer por capítulos:
- 
									
   Dutch Staten Vertaling									 - 
									
									 
- 
									
									11
									 
									 
									|Ezequiel 7:11|
									Het geweld is opgerezen tot een roede der goddeloosheid; niets van hen zal overblijven, noch van hun menigte, noch van hun gedruis, en geen klage zal over hen zijn.									
									    
								 
- 
									
									12
									 
									 
									|Ezequiel 7:12|
									De tijd is gekomen, de dag is genaakt; de koper zij niet blijde, en de verkoper bedrijve geen rouw; want een brandende toorn is over de gehele menigte van het land.									
									    
								 
- 
									
									13
									 
									 
									|Ezequiel 7:13|
									Want de verkoper zal tot het verkochte niet wederkeren, ofschoon hun leven nog onder de levenden ware; overmits het gezicht, aangaande de gehele menigte van het land, niet zal terugkeren; en niemand zal door zijn ongerechtigheid zijn leven sterken.									
									    
								 
- 
									
									14
									 
									 
									|Ezequiel 7:14|
									Zij hebben met de trompet getrompet, en hebben alles bereid, maar niemand trekt ten strijde; want Mijn brandende toorn is over de gehele menigte van het land.									
									    
								 
- 
									
									15
									 
									 
									|Ezequiel 7:15|
									Het zwaard is buiten, en de pest, en de honger van binnen; die op het veld is, zal door het zwaard sterven, en die in de stad is, dien zal de honger en de pest verteren.									
									    
								 
- 
									
									16
									 
									 
									|Ezequiel 7:16|
									En hun ontkomenden zullen wel ontkomen, maar zij zullen op de bergen zijn, zij allen zullen zijn gelijk duiven der dalen, kermende, een ieder om zijn ongerechtigheid.									
									    
								 
- 
									
									17
									 
									 
									|Ezequiel 7:17|
									Alle handen zullen slap worden, en alle knieen zullen henenvlieten als water.									
									    
								 
- 
									
									18
									 
									 
									|Ezequiel 7:18|
									Ook zullen zij zakken aangorden, gruwen zal ze bedekken, en over alle aangezichten zal schaamte wezen, en op al hun hoofden kaalheid.									
									    
								 
- 
									
									19
									 
									 
									|Ezequiel 7:19|
									Zij zullen hun zilver op de straten werpen, en hun goud zal tot onreinigheid zijn; hun zilver en hun goud zal hen niet kunnen uithelpen ten dage der verbolgenheid des HEEREN; hun ziel zullen zij niet verzadigen, en hun ingewanden zullen zij niet vullen; want het zal de aanstoot hunner ongerechtigheid zijn.									
									    
								 
- 
									
									20
									 
									 
									|Ezequiel 7:20|
									En Hij heeft de schoonheid Zijns sieraads ter overtreffelijkheid gezet; maar zij hebben daarin beelden hunner gruwelen en hunner verfoeiselen gemaakt; daarom heb Ik dat hun tot onreinigheid gesteld.									
									    
								 
 - 
									
 - 
				
Sugerencias
 

Haga clic para leer Juan 16-18