-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling -
-
11
|Génesis 1:11|
En God zeide: Dat de aarde uitschiete gras, kruid zaadzaaiende, vruchtbaar geboomte, dragende vrucht naar zijn aard, welks zaad daarin zij op de aarde! En het was alzo.
-
12
|Génesis 1:12|
En de aarde bracht voort grasscheutjes, kruid zaadzaaiende naar zijn aard, en vruchtdragend geboomte, welks zaad daarin was, naar zijn aard. En God zag, dat het goed was.
-
13
|Génesis 1:13|
Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de derde dag.
-
14
|Génesis 1:14|
En God zeide: Dat er lichten zijn in het uitspansel des hemels, om scheiding te maken tussen den dag en tussen den nacht; en dat zij zijn tot tekenen en tot gezette tijden, en tot dagen en jaren!
-
15
|Génesis 1:15|
En dat zij zijn tot lichten in het uitspansel des hemels, om licht te geven op de aarde! En het was alzo.
-
16
|Génesis 1:16|
God dan maakte die twee grote lichten; dat grote licht tot heerschappij des daags, en dat kleine licht tot heerschappij des nachts; ook de sterren.
-
17
|Génesis 1:17|
En God stelde ze in het uitspansel des hemels, om licht te geven op de aarde.
-
18
|Génesis 1:18|
En om te heersen op den dag, en in den nacht, en om scheiding te maken tussen het licht en tussen de duisternis. En God zag, dat het goed was.
-
19
|Génesis 1:19|
Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de vierde dag.
-
20
|Génesis 1:20|
En God zeide: Dat de wateren overvloediglijk voortbrengen een gewemel van levende zielen; en het gevogelte vliege boven de aarde, in het uitspansel des hemels!
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer Job 22-24