- 
			
				
Leer por capítulos:
- 
									
   Dutch Staten Vertaling									 - 
									
									 
- 
									
									11
									 
									 
									|Génesis 42:11|
									Wij allen zijn eens mans zonen; wij zijn vroom; uw knechten zijn geen verspieders.									
									    
								 
- 
									
									12
									 
									 
									|Génesis 42:12|
									En hij zeide tot hen: Neen, maar gij zijt gekomen, om te bezichtigen, waar het land bloot is.									
									    
								 
- 
									
									13
									 
									 
									|Génesis 42:13|
									En zij zeiden: Wij, uw knechten, waren twaalf gebroeders, eens mans zonen, in het land Kanaan; en zie, de kleinste is heden bij onzen vader; doch de een is niet meer.									
									    
								 
- 
									
									14
									 
									 
									|Génesis 42:14|
									Toen zeide Jozef tot hen: Dat is het, wat ik tot u gesproken heb, zeggende: Gij zijt verspieders!									
									    
								 
- 
									
									15
									 
									 
									|Génesis 42:15|
									Hierin zult gij beproefd worden: zo waarlijk als Farao leeft! indien gij van hier zult uitgaan, tenzij dan, wanneer uw kleinste broeder herwaarts zal gekomen zijn!									
									    
								 
- 
									
									16
									 
									 
									|Génesis 42:16|
									Zendt een uit u, die uw broeder hale; maar weest gijlieden gevangen, en uw woorden zullen beproefd worden, of de waarheid bij u zij; en indien niet, zo waarlijk als Farao leeft, zo zijt gij verspieders!									
									    
								 
- 
									
									17
									 
									 
									|Génesis 42:17|
									En hij zette hen samen drie dagen in bewaring.									
									    
								 
- 
									
									18
									 
									 
									|Génesis 42:18|
									En ten derden dage zeide Jozef tot hen: Doet dit, zo zult gij leven; ik vrees God.									
									    
								 
- 
									
									19
									 
									 
									|Génesis 42:19|
									Zo gij vroom zijt, zo zij een uwer broederen gebonden in het huis uwer bewaring; en gaat gij heen, brengt het koren voor den honger uwer huizen.									
									    
								 
- 
									
									20
									 
									 
									|Génesis 42:20|
									En brengt uw kleinsten broeder tot mij, zo zullen uw woorden waargemaakt worden; en gij zult niet sterven. En zij deden alzo.									
									    
								 
 - 
									
 - 
				
Sugerencias
 

Haga clic para leer Juan 16-18