- 
			
				
Leer por capítulos:
- 
									
   Dutch Staten Vertaling									 - 
									
									 
- 
									
									11
									 
									 
									|Génesis 45:11|
									En ik zal u aldaar onderhouden; want er zullen nog vijf jaren des hongers zijn, opdat gij niet verarmt, gij en uw huis, en alles wat gij hebt!									
									    
								 
- 
									
									12
									 
									 
									|Génesis 45:12|
									En ziet, uw ogen zien het, en de ogen van mijn broeder Benjamin, dat mijn mond tot u spreekt.									
									    
								 
- 
									
									13
									 
									 
									|Génesis 45:13|
									En boodschapt mijn vader al mijn heerlijkheid in Egypte, en alles wat gij gezien hebt; en haast u, en brengt mijn vader herwaarts af.									
									    
								 
- 
									
									14
									 
									 
									|Génesis 45:14|
									En hij viel aan den hals van Benjamin, zijn broeder, en weende; en Benjamin weende aan zijn hals.									
									    
								 
- 
									
									15
									 
									 
									|Génesis 45:15|
									En hij kuste al zijn broederen, en hij weende over hen; en daarna spraken zijn broeders met hem.									
									    
								 
- 
									
									16
									 
									 
									|Génesis 45:16|
									Als dit gerucht in het huis van Farao gehoord werd, dat men zeide: Jozefs broeders zijn gekomen! was het goed in de ogen van Farao, en in de ogen van zijn knechten.									
									    
								 
- 
									
									17
									 
									 
									|Génesis 45:17|
									En Farao zeide tot Jozef: Zeg tot uw broederen: Doet dit, laadt uw beesten, en trekt heen, gaat naar het land Kanaan;									
									    
								 
- 
									
									18
									 
									 
									|Génesis 45:18|
									En neemt uw vader en uw huisgezinnen, en komt tot mij, en ik zal u het beste van Egypteland geven, en gij zult het vette dezes lands eten.									
									    
								 
- 
									
									19
									 
									 
									|Génesis 45:19|
									Gij zijt toch gelast: doet dit, neemt u uit Egypteland wagenen voor uw kinderkens, en voor uw vrouwen, en voert uw vader, en komt.									
									    
								 
- 
									
									20
									 
									 
									|Génesis 45:20|
									En uw oog verschone uw huisraad niet; want het beste van gans Egypteland, dat zal het uwe zijn.									
									    
								 
 - 
									
 - 
				
Sugerencias
 

Haga clic para leer Juan 16-18