-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
21
|Génesis 46:21|
En de zonen van Benjamin: Bela, Becher en Asbel, Gera en Naaman, Echi en Ros, Muppim en Huppim, en Ard.
-
22
|Génesis 46:22|
Dit zijn de zonen van Rachel, die Jakob geboren zijn, al te zamen veertien zielen.
-
23
|Génesis 46:23|
En de zonen van Dan: Chusim.
-
24
|Génesis 46:24|
En de zonen van Nafthali: Jahzeel, en Guni, en Jezer, en Sillem.
-
25
|Génesis 46:25|
Dit zijn de zonen van Bilha, die Laban aan zijn dochter Rachel gegeven had; en zij baarde dezelve Jakob, zij waren allen zeven zielen.
-
26
|Génesis 46:26|
Al de zielen, die met Jakob in Egypte kwamen, uit zijn heup gesproten, uitgenomen de vrouwen van de zonen van Jakob, waren allen zes en zestig zielen.
-
27
|Génesis 46:27|
En de zonen van Jozef, die hem in Egypte geboren zijn, waren twee zielen. Al de zielen van het huis van Jakob, die in Egypte kwamen, waren zeventig.
-
28
|Génesis 46:28|
En hij zond Juda voor zijn aangezicht heen tot Jozef, om voor zijn aangezicht aanwijzing te doen naar Gosen; en zij kwamen in het land Gosen.
-
29
|Génesis 46:29|
Toen spande Jozef zijn wagen aan, en toog op, zijn vader Israel tegemoet naar Gosen; en als hij zich aan hem vertoonde, zo viel hij hem aan zijn hals, en weende lang aan zijn hals.
-
30
|Génesis 46:30|
En Israel zeide tot Jozef: Dat ik nu sterve, nadat ik uw aangezicht gezien heb, dat gij nog leeft!
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer Josué 5-8