-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
11
|Génesis 8:11|
En de duif kwam tot hem tegen den avondtijd; en ziet, een afgebroken olijfblad was in haar bek; zo merkte Noach, dat de wateren van boven de aarde gelicht waren.
-
12
|Génesis 8:12|
Toen vertoefde hij nog zeven andere dagen; en hij liet de duif uit; maar zij keerde niet meer weder tot hem.
-
13
|Génesis 8:13|
En het geschiedde in het zeshonderd en eerste jaar, in de eerste maand, op den eersten derzelver maand, dat de wateren droogden van boven de aarde; toen deed Noach het deksel der ark af, en zag toe, en ziet, de aardbodem was gedroogd.
-
14
|Génesis 8:14|
En in de tweede maand, op den zeven en twintigsten dag der maand, was de aarde opgedroogd.
-
15
|Génesis 8:15|
Toen sprak God tot Noach, zeggende:
-
16
|Génesis 8:16|
Ga uit de ark, gij, en uw huisvrouw, en uw zonen, en de vrouwen uwer zonen met u.
-
17
|Génesis 8:17|
Al het gedierte, dat met u is, van alle vlees, aan gevogelte, en aan vee, en aan al het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, doe met u uitgaan; en dat zij overvloediglijk voorttelen op de aarde, en vruchtbaar zijn, en vermenigvuldigen op de aarde.
-
18
|Génesis 8:18|
Toen ging Noach uit, en zijn zonen, en zijn huisvrouw, en de vrouwen zijner zonen met hem.
-
19
|Génesis 8:19|
Al het gedierte, al het kruipende, en al het gevogelte, al wat zich op de aarde roert, naar hun geslachten, gingen uit de ark.
-
20
|Génesis 8:20|
En Noach bouwde den HEERE een altaar; en hij nam van al het reine vee, en van al het rein gevogelte, en offerde brandofferen op dat altaar.
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer Éxodo 39-40