- 
			
				
Leer por capítulos:
- 
									
   Dutch Staten Vertaling									 - 
									
									 
- 
									
									11
									 
									 
									|Jeremías 11:11|
									Daarom zegt de HEERE alzo: Ziet, Ik zal een kwaad over hen brengen, uit hetwelk zij niet zullen kunnen uitkomen; als zij dan tot Mij zullen roepen, zal Ik naar hen niet horen.									
									    
								 
- 
									
									12
									 
									 
									|Jeremías 11:12|
									Dan zullen de steden van Juda en de inwoners van Jeruzalem henengaan, en roepen tot de goden, dien zij gerookt hebben; maar zij zullen hen gans niet kunnen verlossen ten tijde huns kwaads.									
									    
								 
- 
									
									13
									 
									 
									|Jeremías 11:13|
									Want naar het getal uwer steden zijn uw goden geweest, o Juda! en naar het getal der straten van Jeruzalem hebt gijlieden altaren gesteld voor die schaamte, altaren om den Baal te roken.									
									    
								 
- 
									
									14
									 
									 
									|Jeremías 11:14|
									Gij dan, bid niet voor dit volk, en hef geen geschrei noch gebed voor hen op; want Ik zal niet horen, ten tijde als zij over hun kwaad tot Mij zullen roepen.									
									    
								 
- 
									
									15
									 
									 
									|Jeremías 11:15|
									Wat heeft Mijn beminde in Mijn huis te doen, dewijl zij die schandelijke daad met velen doet, en het heilige vlees van u geweken is? Wanneer gij kwaad doet, dan springt gij op van vreugde.									
									    
								 
- 
									
									16
									 
									 
									|Jeremías 11:16|
									De HEERE had uw naam genoemd een groenen olijfboom, schoon van liefelijke vruchten; maar nu heeft Hij met een geluid van een groot geroep een vuur om denzelven aangestoken, en zijn takken zullen verbroken worden.									
									    
								 
- 
									
									17
									 
									 
									|Jeremías 11:17|
									Want de HEERE der heirscharen, Die u heeft geplant, heeft een kwaad over u uitgesproken; om der boosheid wil van het huis Israels en van het huis van Juda, die zij onder zich bedrijven, om Mij te vertoornen, rokende den Baal.									
									    
								 
- 
									
									18
									 
									 
									|Jeremías 11:18|
									De HEERE nu heeft het mij te kennen gegeven, dat ik het wete; toen hebt Gij mij hun handelingen doen zien.									
									    
								 
- 
									
									19
									 
									 
									|Jeremías 11:19|
									En ik was als een lam, als een os, die geleid wordt om te slachten; want ik wist niet, dat zij gedachten tegen mij dachten, zeggende: Laat ons den boom met zijn vrucht verderven, en laat ons hem uit het land der levenden uitroeien, dat zijn naam niet meer gedacht worde.									
									    
								 
- 
									
									20
									 
									 
									|Jeremías 11:20|
									Maar, o HEERE der heirscharen, Gij rechtvaardige Rechter, Die de nieren en het hart proeft! laat mij Uw wraak van hen zien; want aan U heb ik mijn twistzaak ontdekt.									
									    
								 
 - 
									
 - 
				
Sugerencias
 

Haga clic para leer Juan 14-15