• Jueces

    x
    • Libros
    • Avanzado
    • Lectura para Hoy
    • Dutch Staten Vertaling
    • Estudie la Biblia
    • Antiguo Testamento

      • Génesis
      • Éxodo
      • Levítico
      • Números
      • Deuteronomio
      • Josué
      • Jueces
      • Rut
      • 1 Samuel
      • 2 Samuel
      • 1 Reyes
      • 2 Reyes
      • 1 Crónicas
      • 2 Crónicas
      • Esdras
      • Nehemías
      • Ester
      • Job
      • Salmos
      • Proverbios
      • Eclesiastés
      • Cantares
      • Isaías
      • Jeremías
      • Lamentaciones
      • Ezequiel
      • Daniel
      • Oseas
      • Joel
      • Amós
      • Abdias
      • Jonás
      • Miqueas
      • Nahum
      • Habacuc
      • Sofonías
      • Hageo
      • Zacarías
      • Malaquías
    • Nuevo Testamento

      • Mateo
      • Marcos
      • Lucas
      • Juan
      • Hechos
      • Romanos
      • 1 Corintios
      • 2 Corintios
      • Gálatas
      • Efesios
      • Filipenses
      • Colossenses
      • 1 Tesalonicenses
      • 2 Tesalonicenses
      • 1 Timoteo
      • 2 Timoteo
      • Tito
      • Filemón
      • Hebreos
      • Santiago
      • 1 Pedro
      • 2 Pedro
      • 1 Juan
      • 2 Juan
      • 3 Juan
      • Judas
      • Apocalipsis
    • Cerca
      • Jueces


        Leer por capítulos:
        X  

      Haga clic para leer Job 22-24





        1
         
        2
         
        3
         
        4
         
        5
         
        6
         
        7
         
        8
         
        9
         
        10
         
        11
         
        12
         
        13
         
        14
         
        15
         
        16
         
        17
         
        18
         
        19
         
        20
         
        21
         
      •   Dutch Staten Vertaling

      • Capítulo 8
      • 11     |Jueces 8:11| En Gideon toog opwaarts, den weg dergenen, die in tenten wonen, tegen het oosten van Nobah en Jogbeha; en hij sloeg dat leger, want het leger was zorgeloos.
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • 12     |Jueces 8:12| En Zebah en Tsalmuna vloden; doch hij jaagde hen na; en hij ving de beide koningen der Midianieten, Zebah en Tsalmuna, en verschrikte het ganse leger.
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • 13     |Jueces 8:13| Toen nu Gideon, de zoon van Joas, van den strijd wederkwam, voor den opgang der zon,
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • 14     |Jueces 8:14| Zo ving hij een jongen van de lieden te Sukkoth, en ondervraagde hem; die schreef hem op de oversten van Sukkoth, en hun oudsten, zeven en zeventig mannen.
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • 15     |Jueces 8:15| Toen kwam hij tot de lieden van Sukkoth, en zeide: Ziet daar Zebah en Tsalmuna, van dewelke gij mij smadelijk verweten hebt, zeggende: Is de handpalm van Zebah en Tsalmuna alrede in uw hand, dat wij aan uw mannen, die moede zijn, brood zouden geven?
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • 16     |Jueces 8:16| En hij nam de oudsten dier stad, en doornen der woestijn, en distelen, en deed het den lieden van Sukkoth door dezelve verstaan.
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • 17     |Jueces 8:17| En de toren van Pnuel wierp hij af, en doodde de lieden der stad.
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • 18     |Jueces 8:18| Daarna zeide hij tot Zebah en Tsalmuna: Wat waren het voor mannen, die gij te Thabor doodsloegt? En zij zeiden: Gelijk gij, alzo waren zij, enerlei, van gedaante als koningszonen.
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • 19     |Jueces 8:19| Toen zeide hij: Het waren mijn broeders, zonen mijner moeder; zo waarlijk als de HEERE leeft, zo gij hen hadt laten leven, ik zou ulieden niet doden!
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • 20     |Jueces 8:20| En hij zeide tot Jether, zijn eerstgeborene: Sta op, dood hen; maar de jongeling trok zijn zwaard niet uit, want hij vreesde, dewijl hij nog een jongeling was.
                   
        Referencia
        interlineal
        Diccionario
        Versiones
        X
      • ‹
      • 1
      • 2
      • 3
      • 4
      • ›
      • Cerca
      • Sugerencias

      © 2008-2025 Portal de la Biblia

      Av. Gen. Euryale de Jesus Zerbine 5876 - Jardim São Gabriel - Jacareí-SP - CEP: 12340-010    Tel: +55 (12) 2127-3000

      Hable con nosotros :: Como llegar :: Ubicación (mapa) :: Copyright de Versiones Bíblicas Utilizadas