-
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
18
|Marcos 10:18|
En Jezus zeide tot hem: Wat noemt gij Mij goed? Niemand is goed, dan Een, namelijk God.
-
19
|Marcos 10:19|
Gij weet de geboden: Gij zult geen overspel doen; gij zult niet doden; gij zult niet stelen; gij zult geen valse getuigenis geven; gij zult niemand te kort doen; eer uw vader en uw moeder.
-
20
|Marcos 10:20|
Doch hij, antwoordende, zeide tot Hem: Meester! al deze dingen heb ik onderhouden van mijn jonkheid af.
-
21
|Marcos 10:21|
En Jezus, hem aanziende, beminde hem, en zeide tot hem: Een ding ontbreekt u; ga heen, verkoop alles, wat gij hebt, en geef het den armen, en gij zult een schat hebben in den hemel; en kom herwaarts, neem het kruis op, en volg Mij.
-
22
|Marcos 10:22|
Maar hij, treurig geworden zijnde over dat woord, ging bedroefd weg; want hij had vele goederen.
-
23
|Marcos 10:23|
En Jezus rondom ziende, zeide tot Zijn discipelen: Hoe bezwaarlijk zullen degenen, die goed hebben, in het Koninkrijk Gods inkomen!
-
24
|Marcos 10:24|
En de discipelen werden verbaasd over deze Zijn woorden. Maar Jezus, wederom antwoordende, zeide tot hen: Kinderen! Hoe zwaar is het, dat degenen, die op het goed hun betrouwen zetten, in het Koninkrijk Gods ingaan!
-
25
|Marcos 10:25|
Het is lichter, dat een kemel ga door het oog van een naald, dan dat een rijke in het Koninkrijk Gods inga.
-
26
|Marcos 10:26|
En zij werden nog meer verslagen, zeggende tot elkander: Wie kan dan zalig worden?
-
27
|Marcos 10:27|
Doch Jezus, hen aanziende, zeide: Bij de mensen is het onmogelijk, maar niet bij God; want alle dingen zijn mogelijk bij God.
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer 1 Corintios 14-16