-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
61
|Mateo 26:61|
Maar ten laatste kwamen twee valse getuigen, en zeiden: Deze heeft gezegd: Ik kan den tempel Gods afbreken, en in drie dagen denzelven opbouwen.
-
62
|Mateo 26:62|
En de hogepriester, opstaande, zeide tot Hem: Antwoordt Gij niets? Wat getuigen dezen tegen U?
-
63
|Mateo 26:63|
Doch Jezus zweeg stil. En de hogepriester, antwoordende, zeide tot Hem: Ik bezweer U bij den levenden God, dat Gij ons zegt, of Gij zijt de Christus, de Zoon van God?
-
64
|Mateo 26:64|
Jezus zeide tot hem: Gij hebt het gezegd. Doch Ik zeg ulieden: Van nu aan zult gij zien den Zoon des mensen, zittende ter rechter hand der kracht Gods, en komende op de wolken des hemels.
-
65
|Mateo 26:65|
Toen verscheurde de hogepriester zijn klederen, zeggende: Hij heeft God gelasterd, wat hebben wij nog getuigen van node? Ziet, nu hebt gij Zijn gods lastering gehoord.
-
66
|Mateo 26:66|
Wat dunkt ulieden? En zij, antwoordende, zeiden: Hij is des doods schuldig.
-
67
|Mateo 26:67|
Toen spogen zij in Zijn aangezicht, en sloegen Hem met vuisten.
-
68
|Mateo 26:68|
En anderen gaven Hem kinnebakslagen, zeggende: Profeteer ons, Christus, wie is het, die U geslagen heeft?
-
69
|Mateo 26:69|
En Petrus zat buiten in de zaal; en een dienstmaagd kwam tot hem, zeggende: Gij waart ook met Jezus, den Galileer.
-
70
|Mateo 26:70|
Maar hij loochende het voor allen, zeggende: Ik weet niet, wat gij zegt.
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer 1 Corintios 14-16