- 
			
				
Leer por capítulos:
- 
									
   Dutch Staten Vertaling									 - 
									
									 
- 
									
									45
									 
									 
									|Números 33:45|
									En zij verreisden van de heuvelen van Abarim, en legerden zich in Dibon-Gad.									
									    
								 
- 
									
									46
									 
									 
									|Números 33:46|
									En zij verreisden van Dibon-Gad, en legerden zich in Almon-Diblathaim.									
									    
								 
- 
									
									47
									 
									 
									|Números 33:47|
									En zij verreisden van Almon-Diblathaim, en legerden zich in de bergen Abarim, tegen Nebo.									
									    
								 
- 
									
									48
									 
									 
									|Números 33:48|
									En zij verreisden van de bergen Abarim, en legerden zich in de vlakke velden der Moabieten, aan de Jordaan van Jericho.									
									    
								 
- 
									
									49
									 
									 
									|Números 33:49|
									En zij legerden zich aan de Jordaan van Beth-Jesimoth, tot aan Abel-Sittim, in de vlakke velden der Moabieten.									
									    
								 
- 
									
									50
									 
									 
									|Números 33:50|
									En de HEERE sprak tot Mozes, in de vlakke velden der Moabieten, aan de Jordaan van Jericho, zeggende:									
									    
								 
- 
									
									51
									 
									 
									|Números 33:51|
									Spreek tot de kinderen Israels, en zeg tot hen: Wanneer gijlieden over de Jordaan zult gegaan zijn in het land Kanaan;									
									    
								 
- 
									
									52
									 
									 
									|Números 33:52|
									Zo zult gij alle inwoners des lands voor uw aangezicht uit de bezitting verdrijven, en al hun beeltenissen verderven; ook zult gij al hun gegotene beelden verderven, en al hun hoogten verdelgen.									
									    
								 
- 
									
									53
									 
									 
									|Números 33:53|
									En gij zult het land in erfelijke bezitting nemen, en daarin wonen; want Ik heb u dat land gegeven, om hetzelve erfelijk te bezitten.									
									    
								 
- 
									
									54
									 
									 
									|Números 33:54|
									En gij zult het land in erfelijke bezitting nemen door het lot, naar uw geslachten; dengenen, die veel zijn, zult gij hun erfenis meerder maken, en dien, die weinig zijn, zult gij hun erfenis minder maken; waarheen voor iemand het lot zal uitgaan, dat zal hij hebben; naar de stammen uwer vaderen zult gij de erfenis nemen.									
									    
								 
 - 
									
 - 
				
Sugerencias
 

Haga clic para leer Juan 16-18