-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
37
|Números 14:37|
Diezelfde mannen, die een kwaad gerucht van dat land voortgebracht hadden, stierven door een plaag, voor het aangezicht des HEEREN.
-
38
|Números 14:38|
Maar Jozua, de zoon van Nun, en Kaleb, de zoon van Jefunne, bleven levende van de mannen, die heengegaan waren, om het land te verspieden.
-
39
|Números 14:39|
En Mozes sprak deze woorden tot al de kinderen Israels. Toen treurde het volk zeer.
-
40
|Números 14:40|
En zij stonden des morgens vroeg op, en klommen op de hoogte des bergs, zeggende: Ziet, hier zijn wij, en wij zullen optrekken tot de plaats, die de HEERE gezegd heeft; want wij hebben gezondigd!
-
41
|Números 14:41|
Maar Mozes zeide: Waarom overtreedt gij alzo het bevel des HEEREN? Want dat zal geen voorspoed hebben.
-
42
|Números 14:42|
Trekt niet op, want de HEERE zal in het midden van u niet zijn; opdat gij niet geslagen wordt, voor het aangezicht uwer vijanden.
-
43
|Números 14:43|
Want de Amalekieten, en de Kanaanieten zijn daar voor uw aangezicht, en gij zult door het zwaard vallen; want, omdat gij u afgekeerd hebt van den HEERE, zo zal de HEERE met u niet zijn.
-
44
|Números 14:44|
Nochtans poogden zij vermetel, om op de hoogte des bergs te klimmen; maar de ark des verbonds des HEEREN en Mozes scheidden niet uit het midden des legers.
-
45
|Números 14:45|
Toen kwamen af de Amalekieten en de Kanaanieten, die in dat gebergte woonden, en sloegen hen, en versmeten hen, tot Horma toe.
-
1
|Números 15:1|
Daarna sprak de HEERE tot Mozes, zeggende:
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer 1 Corintios 11-13