-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
27
|1 Crónicas 2:27|
En de kinderen van Ram, den eerstgeborene van Jerahmeel waren Maaz, en Jamin, en Eker.
-
28
|1 Crónicas 2:28|
En de kinderen van Onam waren Sammai en Jada. En de kinderen van Sammai: Nadab en Abisur.
-
29
|1 Crónicas 2:29|
De naam nu der huisvrouw van Abisur was Abihail: die baarde hem Achban en Molid.
-
30
|1 Crónicas 2:30|
En de kinderen van Nadab waren Seled en Appaim; en Seled stierf zonder kinderen.
-
31
|1 Crónicas 2:31|
En de kinderen van Appaim waren Jisei; en de kinderen van Jisei waren Sesan; en de kinderen van Sesan, Achlai.
-
32
|1 Crónicas 2:32|
En de kinderen van Jada, den broeder van Sammai, waren Jether en Jonathan; en Jether is gestorven zonder kinderen.
-
33
|1 Crónicas 2:33|
De kinderen van Jonathan nu waren Peleth en Zaza. Dit waren de kinderen van Jerahmeel.
-
34
|1 Crónicas 2:34|
En Sesan had geen zonen, maar dochteren. En Sesan had een Egyptischen knecht, wiens naam was Jarha.
-
35
|1 Crónicas 2:35|
Sesan nu gaf zijn dochter aan zijn knecht Jarha tot een vrouw; en zij baarde hem Attai.
-
36
|1 Crónicas 2:36|
Attai nu gewon Nathan, en Nathan gewon Zabad,
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer Deuteronomio 29-31