-
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
21
|2 Samuel 1:21|
Gij, bergen van Gilboa, noch dauw noch regen moet zijn op u, noch velden der hefofferen; want aldaar is der helden schild smadelijk weggeworpen, het schild van Saul, alsof hij niet gezalfd ware geweest met olie.
-
22
|2 Samuel 1:22|
Van het bloed der verslagenen, van het vette der helden, werd Jonathans boog niet achterwaarts gedreven; en Sauls zwaard keerde niet ledig weder.
-
23
|2 Samuel 1:23|
Saul en Jonathan, die beminden, en die liefelijken in hun leven, zijn ook in hun dood niet gescheiden; zij waren lichter dan arenden, zij waren sterker dan leeuwen.
-
24
|2 Samuel 1:24|
Gij, dochteren Israels, weent over Saul; die u kleedde met scharlaken, met weelde; die u sieraad van goud deed dragen over uw kleding.
-
25
|2 Samuel 1:25|
Hoe zijn de helden gevallen in het midden van den strijd! Jonathan is verslagen op uw hoogten!
-
26
|2 Samuel 1:26|
Ik ben benauwd om uwentwil, mijn broeder Jonathan! Gij waart mij zeer liefelijk; uw liefde was mij wonderlijker dan liefde der vrouwen.
-
27
|2 Samuel 1:27|
Hoe zijn de helden gevallen, en de krijgswapenen verloren!
-
1
|2 Samuel 2:1|
En het geschiedde daarna, dat David den HEERE vraagde, zeggende: Zal ik optrekken in een der steden van Juda? En de HEERE zeide tot hem: Trek op. En David zeide: Waarheen zal ik optrekken? En Hij zeide: Naar Hebron.
-
2
|2 Samuel 2:2|
Alzo toog David derwaarts op, als ook zijn twee vrouwen, Ahinoam, de Jizreelietische, en Abigail, de huisvrouw van Nabal, den Karmeliet.
-
3
|2 Samuel 2:3|
Ook deed David zijn mannen optrekken, die bij hem waren, een iegelijk met zijn huisgezin; en zij woonden in de steden van Hebron.
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer 1 Corintios 11-13