- 
			
				
- 
									
   Dutch Staten Vertaling									 - 
									
									 
- 
									
									4
									 
									 
									|Cantares 6:4|
									Gij zijt schoon, Mijn vriendin, gelijk Thirza, liefelijk als Jeruzalem, schrikkelijk als slagorden met banieren.									
									    
								 
- 
									
									5
									 
									 
									|Cantares 6:5|
									Wend uw ogen van Mij af, want zij doen Mij geweld aan; uw haar is als een kudde geiten, die het gras van Gilead afscheren.									
									    
								 
- 
									
									6
									 
									 
									|Cantares 6:6|
									Uw tanden zijn als een kudde schapen, die uit de wasstede opkomen, die al te zamen tweelingen voortbrengen, en onder dezelve is geen jongeloos.									
									    
								 
- 
									
									7
									 
									 
									|Cantares 6:7|
									Uw wangen zijn als een stuk van een granaatappel tussen uw vlechten.									
									    
								 
- 
									
									8
									 
									 
									|Cantares 6:8|
									Er zijn zestig koninginnen en tachtig bijwijven, en maagden zonder getal.									
									    
								 
- 
									
									9
									 
									 
									|Cantares 6:9|
									Een enige is Mijn duive, Mijn volmaakte, de enige harer moeder, zij is de zuivere dergenen, die haar gebaard heeft; als de dochters haar zien, zo zullen zij haar welgelukzalig roemen, de koninginnen en de bijwijven; en zij zullen haar prijzen.									
									    
								 
- 
									
									10
									 
									 
									|Cantares 6:10|
									Wie is zij, die er uitziet als de dageraad, schoon, gelijk de maan, zuiver als de zon, schrikkelijk als slagorden met banieren?									
									    
								 
- 
									
									11
									 
									 
									|Cantares 6:11|
									Ik ben tot den notenhof afgegaan om de groene vruchten der vallei te zien; om te zien, of de wijnstok bloeide, de granaatbomen uitbotten.									
									    
								 
- 
									
									12
									 
									 
									|Cantares 6:12|
									Eer ik het wist, zette mij mijn ziel op de wagens van mijn vrijwillig volk.									
									    
								 
- 
									
									13
									 
									 
									|Cantares 6:13|
									Keer weder, keer weder, o Sulammith! Keer weder, keer weder, dat wij u mogen aanzien. Wat ziet gijlieden de Sulammith aan? Zij is als een rei van twee heiren.									
									    
								 
 - 
									
 - 
				
Sugerencias
 

Haga clic para leer Juan 16-18