-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
20
|Génesis 2:20|
Zo had Adam genoemd de namen van al het vee, en van het gevogelte des hemels, en van al het gedierte des velds; maar voor de mens vond hij geen hulpe, die als tegen hem over ware.
-
21
|Génesis 2:21|
Toen deed de HEERE God een diepen slaap op Adam vallen, en hij sliep; en Hij nam een van zijn ribben, en sloot derzelver plaats toe met vlees.
-
22
|Génesis 2:22|
En de HEERE God bouwde de ribbe, die Hij van Adam genomen had, tot een vrouw, en Hij bracht haar tot Adam.
-
23
|Génesis 2:23|
Toen zeide Adam: Deze is ditmaal been van mijn benen, en vlees van mijn vlees! Men zal haar Manninne heten, omdat zij uit den man genomen is.
-
24
|Génesis 2:24|
Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aankleven; en zij zullen tot een vlees zijn.
-
25
|Génesis 2:25|
En zij waren beiden naakt, Adam en zijn vrouw; en zij schaamden zich niet.
-
1
|Génesis 3:1|
De slang nu was listiger dan al het gedierte des velds, hetwelk de HEERE God gemaakt had; en zij zeide tot de vrouw: Is het ook, dat God gezegd heeft: Gijlieden zult niet eten van allen boom dezes hofs?
-
2
|Génesis 3:2|
En de vrouw zeide tot de slang: Van de vrucht der bomen dezes hofs zullen wij eten;
-
3
|Génesis 3:3|
Maar van de vrucht des booms, die in het midden des hofs is, heeft God gezegd: Gij zult van die niet eten, noch die aanroeren, opdat gij niet sterft.
-
4
|Génesis 3:4|
Toen zeide de slang tot de vrouw: Gijlieden zult den dood niet sterven;
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer Números 17-19