-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
11
|Job 19:11|
Daartoe heeft Hij Zijn toorn tegen mij ontstoken, en mij bij Zich geacht als Zijn vijanden.
-
12
|Job 19:12|
Zijn benden zijn te zamen aangekomen, en hebben tegen mij haar weg gebaand, en hebben zich gelegerd rondom mijn tent.
-
13
|Job 19:13|
Mijn broeders heeft Hij verre van mij gedaan; en die mij kennen, zekerlijk, zij zijn van mij vervreemd.
-
14
|Job 19:14|
Mijn nabestaanden houden op, en mijn bekenden vergeten mij.
-
15
|Job 19:15|
Mijn huisgenoten en mijn dienstmaagden achten mij voor een vreemde; een uitlander ben ik in hun ogen.
-
16
|Job 19:16|
Ik riep mijn knecht, en hij antwoordde niet; ik smeekte met mijn mond tot hem.
-
17
|Job 19:17|
Mijn adem is mijn huisvrouw vreemd; en ik smeek om der kinderen mijns buiks wil.
-
18
|Job 19:18|
Ook versmaden mij de jonge kinderen; sta ik op, zo spreken zij mij tegen.
-
19
|Job 19:19|
Alle mensen mijns heimelijken raads hebben een gruwel aan mij; en die ik liefhad, zijn tegen mij gekeerd.
-
20
|Job 19:20|
Mijn gebeente kleeft aan mijn huid en aan mijn vlees; en ik ben ontkomen met de huid mijner tanden.
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer 1 Corintios 5-7