- 
			
				
Leer por capítulos:
- 
									
   Dutch Staten Vertaling									 - 
									
									 
- 
									
									11
									 
									 
									|Job 1:11|
									Maar toch strek nu Uw hand uit, en tast aan alles, wat hij heeft; zo hij U niet in Uw aangezicht zal zegenen?									
									    
								 
- 
									
									12
									 
									 
									|Job 1:12|
									En de HEERE zeide tot den satan: Zie, al wat hij heeft, zij in uw hand; alleen aan hem strek uw hand niet uit. En de satan ging uit van het aangezicht des HEEREN.									
									    
								 
- 
									
									13
									 
									 
									|Job 1:13|
									Er was nu een dag, als zijn zonen en zijn dochteren aten, en wijn dronken in het huis van hun broeder, den eerstgeborene.									
									    
								 
- 
									
									14
									 
									 
									|Job 1:14|
									Dat een bode tot Job kwam, en zeide: De runderen waren ploegende, en de ezelinnen weidende aan hun zijden.									
									    
								 
- 
									
									15
									 
									 
									|Job 1:15|
									Doch de Sabeers deden een inval, en namen ze, en sloegen de jongeren met de scherpte des zwaards; en ik ben maar alleen ontkomen, om het u aan te zeggen.									
									    
								 
- 
									
									16
									 
									 
									|Job 1:16|
									Als deze nog sprak, zo kwam een ander, en zeide: Het vuur Gods viel uit den hemel, en ontstak onder de schapen en onder de jongeren, en verteerde ze; en ik ben maar alleen ontkomen, om het u aan te zeggen.									
									    
								 
- 
									
									17
									 
									 
									|Job 1:17|
									Als deze nog sprak, zo kwam een ander, en zeide: De Chaldeen stelden drie hopen, en vielen op de kemelen aan, en namen ze, en sloegen de jongeren met de scherpte des zwaards; en ik ben maar alleen ontkomen, om het u aan te zeggen.									
									    
								 
- 
									
									18
									 
									 
									|Job 1:18|
									Als deze nog sprak, zo kwam een ander, en zeide: Uw zonen en uw dochteren aten, en dronken wijn, in het huis van hun broeder, den eerstgeborene;									
									    
								 
- 
									
									19
									 
									 
									|Job 1:19|
									En zie, een grote wind kwam van over de woestijn, en stiet aan de vier hoeken van het huis, en het viel op de jongelingen, dat ze stierven; en ik ben maar alleen ontkomen, om het u aan te zeggen.									
									    
								 
- 
									
									20
									 
									 
									|Job 1:20|
									Toen stond Job op, en scheurde zijn mantel, en schoor zijn hoofd, en viel op de aarde, en boog zich neder;									
									    
								 
 - 
									
 - 
				
Sugerencias
 

Haga clic para leer Juan 16-18