-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
12
|Job 41:12|
Zijn adem zou kolen doen vlammen, en een vlam komt uit zijn mond voort.
-
13
|Job 41:13|
In zijn hals herbergt de sterkte; voor hem springt zelfs de droefheid van vreugde op.
-
14
|Job 41:14|
De stukken van zijn vlees kleven samen; elkeen is vast in hem, het wordt niet bewogen.
-
15
|Job 41:15|
Zijn hart is vast gelijk een steen; ja, vast gelijk een deel van den ondersten molensteen.
-
16
|Job 41:16|
Van zijn verheffen schromen de sterken; om zijner doorbrekingen wille ontzondigen zij zich.
-
17
|Job 41:17|
Raakt hem iemand met het zwaard, dat zal niet bestaan, spies, schicht noch pantsier.
-
18
|Job 41:18|
Hij acht het ijzer voor stro, en het staal voor verrot hout.
-
19
|Job 41:19|
De pijl zal hem niet doen vlieden, de slingerstenen worden hem in stoppelen veranderd.
-
20
|Job 41:20|
De werpstenen worden van hem geacht als stoppelen, en hij belacht de drilling der lans.
-
21
|Job 41:21|
Onder hem zijn scherpe scherven; hij spreidt zich op het puntachtige, als op slijk.
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer 2 Corintios 11-13