-
Leer por capítulos:
-
Dutch Staten Vertaling
-
-
1
|Proverbios 6:1|
Mijn zoon! zo gij voor uw naaste borg geworden zijt, voor een vreemde uw hand toegeklapt hebt;
-
2
|Proverbios 6:2|
Gij zijt verstrikt met de redenen uws monds; gij zijt gevangen met de redenen uws monds.
-
3
|Proverbios 6:3|
Doe nu dit, mijn zoon! en red u, dewijl gij in de hand uws naasten gekomen zijt; ga, onderwerp uzelven, en sterk uw naaste.
-
4
|Proverbios 6:4|
Laat uw ogen geen slaap toe, noch uw oogleden sluimering.
-
5
|Proverbios 6:5|
Red u, als een ree uit de hand des jagers, en als een vogel uit de hand des vogelvangers.
-
6
|Proverbios 6:6|
Ga tot de mier, gij luiaard! zie haar wegen, en word wijs;
-
7
|Proverbios 6:7|
Dewelke, geen overste, ambtman noch heerser hebbende,
-
8
|Proverbios 6:8|
Haar brood bereidt in den zomer, haar spijs vergadert in den oogst.
-
9
|Proverbios 6:9|
Hoe lang zult gij, luiaard, nederliggen? Wanneer zult gij van uw slaap opstaan?
-
10
|Proverbios 6:10|
Een weinig slapens, een weinig sluimerens, een weinig handvouwens, al nederliggende;
-
-
Sugerencias
Haga clic para leer Números 25-27