-
Leia por capítulosComentário sobre a Leitura Bíblica de Hoje
-
Dutch Staten Vertaling -
-
16
|Jeremias 34:16|
Maar gij zijt weder omgekeerd, en hebt Mijn Naam ontheiligd, en doen wederkomen, een iegelijk zijn knecht, en een iegelijk zijn maagd, die gij hadt laten vrijgaan naar hun lust; en gij hebt hen ten ondergebracht, om ulieden te wezen tot knechten en tot maagden.
-
17
|Jeremias 34:17|
Daarom zegt de HEERE alzo: Gijlieden hebt naar Mij niet gehoord, om vrijheid uit te roepen, een iegelijk voor zijn broeder, en een iegelijk voor zijn naaste; ziet, zo roep Ik uit tegen ulieden, spreekt de HEERE, een vrijheid ten zwaarde, ter pestilentie, en ten honger, en zal u overgeven ter beroering allen koninkrijken der aarde.
-
18
|Jeremias 34:18|
En Ik zal de mannen overgeven, die Mijn verbond hebben overtreden, die niet bevestigd hebben de woorden des verbonds, dat zij voor Mijn aangezicht gemaakt hadden, met het kalf, dat zij in tweeen hadden gehouwen, en waren tussen zijn stukken doorgegaan:
-
19
|Jeremias 34:19|
De vorsten van Juda, en de vorsten van Jeruzalem, de kamerlingen, en de priesteren, en al het volk des lands, die door de stukken des kalfs zijn doorgegaan.
-
20
|Jeremias 34:20|
Ja, Ik zal hen overgeven in de hand hunner vijanden, en in de hand dergenen, die hun ziel zoeken; en hun dode lichamen zullen het gevogelte des hemels en het gedierte der aarde tot spijze zijn.
-
21
|Jeremias 34:21|
Zelfs Zedekia, den koning van Juda, en zijn vorsten, zal Ik overgeven in de hand hunner vijanden, en in de hand dergenen, die hun ziel zoeken, te weten, in de hand van het heir des konings van Babel, die van ulieden nu zijn opgetogen.
-
22
|Jeremias 34:22|
Ziet, Ik zal bevel geven, spreekt de HEERE, en zal hen weder tot deze stad brengen, en zij zullen tegen haar strijden, en zullen ze innemen, en zullen ze met vuur verbranden; en Ik zal de steden van Juda stellen tot een verwoesting, dat er niemand in wone.
-
1
|Jeremias 35:1|
Het woord, dat tot Jeremia geschied is van den HEERE, in de dagen van Jojakim, den zoon van Josia, den koning van Juda, zeggende:
-
2
|Jeremias 35:2|
Ga henen tot der Rechabieten huis, en spreek met hen, en breng hen in des HEEREN huis, in een der kameren, en geef hun wijn te drinken.
-
3
|Jeremias 35:3|
Toen nam ik Jaazanja, den zoon van Jeremia, den zoon van Habazzinja, mitsgaders zijn broederen, en al zijn zonen, en het ganse huis der Rechabieten;
-
-
Sugestões

Clique para ler Atos 10-12
08 de novembro LAB 678
ESTÊVÃO
Atos 07-09
O destaque da leitura de hoje vai ficar com Estevão, um personagem bíblico de marco histórico. Digo “de marco histórico”, porque a morte de Estevão é um dos pontos de identificação das datas que estruturam a cronologia da profecia dos 2300 tardes e manhãs, de Daniel 8:14. Se quiser estudar mais sobre isto, veja o livro Nisto Cremos, da Casa Publicadora Brasileira.
Mas além de ter sido uma referência na História, Estevão foi uma grande personalidade do cristianismo, que merece sim, um pouco da nossa atenção. De acordo com o que podemos ver em Atos 6:5; 7:59; 8:2; 11:19; e 22:20; ele foi um dos sete diáconos da igreja primitiva. Há teólogos que lhe dão o título de “Um Negociante Cheio do Espírito”. Eleito para supervisionar a distribuição da ajuda (Atos 6:5), Estevão ultrapassou as limitações de sua tarefa e chegou a ser um pregador poderoso (Atos 7).
Dentre as importantes qualidades de Estevão, podemos destacar que ele foi um homem cheio de algumas virtudes como: a) Fé (Atos 6:5); b) Presença do Espírito Santo (Atos 6:5); c) Sabedoria (Atos 6:3-10); d) Poder (Atos 6:8); e) Luz (Atos 6:15); f)Visão (Atos 7:55-56); e, do maior de todos os dons, g) Amor (Atos 7:60).
Os cristãos lembram-se muito de Estevão por Ele ter sido um mártir da fé cristã(Atos 7:56). O primeiro, após a ascensão do Senhor Jesus Cristo. Remonta-se a isto o fato de que (acreditamos nisso pela tradição) Estevão seja, com quase certeza, um dos setenta escolhidos e enviados pelo Senhor em Lucas 10:1-10, e que O acompanhou sempre, a partir do batismo de João (Atos 1:21-22). Podemos concluir isso, devido ao fato de ele exercer dons atribuídos exclusivamente aos apóstolos e estes homens (Atos 6:8). Logo, por causa da atividade cristã de Estevão havia homens que se colocavam contra ele. Não conseguiam derrotá-lo em nenhum tipo de discussão, pois estava cheio do Espírito Santo e da sabedoria espiritual. Então, contrataram homens perversos e desonestos para dizer mentiras sobre ele, levaram-no perante o conselho e o acusaram de blasfêmia contra Deus e contra Moisés. Por fim, seu ministério póstumo foi maior do que sua contribuição em vida.
Já passou para pensar nisto? Você não tem como imaginar a mensuração do tamanho que a cauda da sua influência pode atingir. Crescimento absurdo, porém relevante!
Valdeci Júnior
Fátima Silva