Daniel - Versão DSV - Novo Tempo

Leia por capítulos

Comentário sobre a Leitura Bíblica de Hoje

₁₁ |Daniel 3:11| En wie niet nederviel, en aanbad, die zou in het midden van den oven des brandenden vuurs geworpen worden.

₁₂ |Daniel 3:12| Er zijn Joodse mannen, die gij over de bediening van het landschap van Babel gesteld hebt, Sadrach, Mesach en Abed-nego; deze mannen hebben, o koning! op u geen acht gesteld; uw goden eren zij niet, en zij bidden het gouden beeld niet aan, hetwelk gij opgericht hebt.

₁₃ |Daniel 3:13| Toen zeide Nebukadnezar in toorn en grimmigheid, dat men Sadrach, Mesach en Abed-nego voorbrengen zou; toen werden die mannen voor den koning gebracht.

₁₄ |Daniel 3:14| Nebukadnezar antwoordde en zeide tot hen: Is het met opzet, Sadrach, Mesach en Abed-nego, dat gijlieden mijn goden niet eert, en het gouden beeld, dat ik opgericht heb, niet aanbidt?

₁₅ |Daniel 3:15| Nu dan, zo gijlieden gereed zijt, dat gij ten tijde, als gij horen zult het geluid des hoorns, der pijp, der citer, der vedel, der psalteren, en des akkoordgezangs, en allerlei soort der muziek, nedervalt, en aanbidt het beeld, dat ik gemaakt heb, zo is het wel; maar zo gijlieden het niet aanbidt; ter zelfder ure zult gijlieden geworpen worden in het midden van den oven des brandenden vuurs; en wie is de God, Die ulieden uit mijn handen verlossen zou?

₁₆ |Daniel 3:16| Sadrach, Mesach en Abed-nego antwoordden en zeiden tot den koning Nebukadnezar: Wij hebben niet nodig u op deze zaak te antwoorden.

₁₇ |Daniel 3:17| Zal het zo zijn, onze God, Dien wij eren, is machtig ons te verlossen uit den oven des brandenden vuurs, en Hij zal ons uit uw hand, o koning! verlossen.

₁₈ |Daniel 3:18| Maar zo niet, u zij bekend, o koning! dat wij uw goden niet zullen eren, noch het gouden beeld, dat gij hebt opgericht, zullen aanbidden.

₁₉ |Daniel 3:19| Toen werd Nebukadnezar vol grimmigheid, en de gedaante zijns aangezichts veranderde tegen Sadrach, Mesach en Abed-nego; hij antwoordde en zeide, dat men den oven zevenmaal meer heet zou maken dan men dien pleegt heet te maken.

₂₀ |Daniel 3:20| En tot de sterkste mannen van kracht, die in zijn heir waren, zeide hij, dat zij Sadrach, Mesach en Abed-nego binden zouden, om te werpen in den oven des brandenden vuurs.

Senhor, eu sei que muitos me olham como um cristão Mas não imaginam a luta que se trava em mim Existem tendências velhas e más no meu coração Mas também eu desejo o bem, ao olhar para Ti	Me ajude a buscar-Te, no começo do dia Então, em mim, os outros verão a Tua presença E eu acredito que esta nossa parceria Para o mundo fará, uma grande diferença
Me ajude a buscar-Te, no começo do dia Então, em mim, os outros verão a Tua presença E eu acredito que esta nossa parceria Para o mundo fará, uma grande diferença	Eu não posso perder de vista o Senhor da obra Enquanto faço a própria obra deste meu Senhor Porque lá no Céu, o que vai realmente perdurar Será a Sua eterna companhia de amor.
Oh meu Deus, como é bom trabalhar em Teu serviço São tantas as pessoas que precisam de atenção Mas minha maior tentação é que, ao fazer isso Eu termine esquecendo-me da nossa comunhão	Me ajude a buscar-Te, no começo do dia Então, em mim, os outros verão a Tua presença E eu acredito que esta nossa parceria Para o mundo fará, uma grande diferença